Gokken in België en Nederland: Gelijke uitgaven, uiteenlopende trends
Een recente studie heeft opvallende gelijkenissen en belangrijke verschillen blootgelegd in de gokgewoonten tussen Belgen en Nederlanders. Hoewel burgers van beide landen gemiddeld 155 euro per jaar uitgeven aan kansspelen, exclusief loterijen, onthult een diepere analyse duidelijke trends in hun voorkeuren en gokgedrag.
Een bloeiende gokmarkt
Volgens de cijfers van de Kansspelcommissie genereerde de Belgische gokmarkt in 2022 een omzet van 1,458 miljard euro. Met een volwassen bevolking van 9,361 miljoen betekent dit een gemiddelde uitgave van 155 euro per persoon, waarvan 85 euro toegewezen aan online spellen. Deze cijfers suggereren een sterke voorkeur voor online gokken in België.
Daarentegen bereikte de Nederlandse gokmarkt een waarde van 2,229 miljard euro, met een vergelijkbare gemiddelde uitgave van 155 euro per volwassene. Echter geeft de Kansspelautoriteit, de Nederlandse regelgevende autoriteit, aan dat de fysieke markt nog net iets groter is dan het online segment.
Details van de goksectoren
Hoewel de totale uitgaven gelijk zijn, varieert de verdeling tussen fysieke en online spellen tussen de twee landen. Nederland vertoont een duidelijke voorkeur voor fysieke spellen (52,7%) in tegenstelling tot België, waar de online sector domineert met 54,9%.
De verschillen strekken zich ook uit tot de soorten spellen. In België zijn online sportweddenschappen populairder, terwijl in Nederland de focus meer ligt op fysieke casinospellen. Deze divergentie weerspiegelt verschillende culturele en regelgevende benaderingen inzake gokken.
Profiel van online spelers
Wat betreft online spellen geven de gegevens aan dat Belgische spelers tussen de 90 en 121 euro per maand uitgeven, terwijl Nederlanders ongeveer 108 euro per maand besteden. Deze cijfers benadrukken een actievere deelname van Belgische spelers in online gokken, ondanks vergelijkbare jaarlijkse gemiddelde uitgaven.
Implicaties en perspectieven
Deze gegevens belichten niet alleen de consumptiegewoonten van spelers, maar ook de economische en culturele impact van gokken in beide landen. Terwijl de sector blijft evolueren, kunnen deze inzichten cruciaal zijn voor operatoren en regelgevers in het aanpassen van hun strategieën aan de specifieke kenmerken van elke markt.
Concluderend, hoewel de gemiddelde uitgaven aan kansspelen vergelijkbaar zijn in België en Nederland, bieden de verschillen in voorkeuren en gokgewoonten een fascinerend inzicht in de culturele en economische dynamiek van deze twee buurlanden.