Kunst- en cultuursector in paniek door hogere kansspelbelasting
De kunst- en cultuursector in Nederland maakt zich grote zorgen. Door de geplande verhoging van de kansspelbelasting naar 37,8% dreigen veel instellingen in zwaar weer te komen. Uit gegevens van gemeenten, private financiers en de sector zelf blijkt dat deze belastingmaatregel grote financiële gevolgen kan hebben.
Wat betekent de kansspelbelasting voor kunstinstellingen?
De regering wil de kansspelbelasting verhogen van 30,5% naar 37,8%. Op het eerste gezicht lijkt dat een maatregel die vooral gokbedrijven raakt, maar ook culturele instellingen worden zwaar getroffen. Veel kunstprojecten en instellingen krijgen namelijk geld van goede doelen-loterijen zoals de Vriendenloterij en de Nederlandse Loterij. Als die loterijen door de hogere belasting minder geld kunnen afdragen, krijgen culturele instellingen ook minder.
Cathelijne Broers, directeur van het Cultuurfonds, luidt de noodklok.
“We staan aan de vooravond van Prinsjesdag en de zorgen zijn groot. De opeenstapeling van bezuinigingen en belastingverhogingen dreigt een groot deel van de kunst- en cultuursector kapot te maken.”
Volgens Broers staat niet alleen de korte termijn op het spel, maar ook de toekomst van veel instellingen.
Btw-verhoging en lagere subsidies maken het probleem nog groter
Naast de verhoging van de kansspelbelasting, komt er nog meer op de cultuursector af. De btw op cultuurproducten gaat omhoog van 9% naar 21%. Dit betekent dat kaartjes voor het theater, concerten of musea flink duurder worden, wat de drempel voor bezoekers verhoogt. Daarnaast worden zowel gemeentelijke als landelijke subsidies verlaagd, en de belastingvoordelen voor donateurs afgeschaft. Dit alles samen zorgt ervoor dat instellingen naar schatting tussen de € 200 en € 350 miljoen per jaar gaan mislopen.
Voor veel culturele instellingen, zoals musea, theaters en filmhuizen, is dit een regelrechte ramp. Ze zijn nu al afhankelijk van subsidies en giften, en zonder die inkomsten dreigen ze de deuren te moeten sluiten.
Ook de sportwereld luidt de noodklok
Het zijn niet alleen de cultuurinstellingen die bang zijn voor de gevolgen van de hogere kansspelbelasting. Ook in de sportwereld is de paniek toegeslagen. Sportkoepel NOC*NSF heeft berekend dat de belastingverhoging de sportsector zo’n € 12,5 miljoen aan inkomsten gaat kosten. Verschillende sportbonden, zoals de schaatsbond en wielerbond, hebben zich al uitgesproken tegen de plannen.
Bekende topsporters, waaronder oud-zwemmer Pieter van den Hoogenband, hebben zelfs een open brief geschreven aan het kabinet. Ze roepen de regering op om deze belastingplannen te heroverwegen. Volgens hen dreigt de sportsector flinke schade op te lopen als de plannen doorgaan.
Ook de Cruyff Foundation heeft zich in de discussie gemengd. Ze hopen dat loterijen die geld afdragen aan goede doelen, zoals sport en cultuur, worden uitgezonderd van de belastingverhoging. CDA-Kamerlid Inge van Dijk heeft hiervoor zelfs een motie ingediend, waarin ze pleit voor een lagere belasting voor goede doelen-loterijen.
Gokbedrijven vrezen voor hun toekomst
De verhoging van de kansspelbelasting raakt uiteraard ook de goksector zelf. Verschillende brancheorganisaties, zoals VAN Kansspelen, hebben al laten weten dat de hogere belasting mogelijk het einde betekent van de offline gokmarkt in Nederland. Ze hebben een brief gestuurd naar de overheid om hun zorgen te delen.
Ook Holland Casino, het staatsbedrijf dat gokhallen exploiteert, voelt de druk. CEO Petra de Ruiter waarschuwt dat Holland Casino mogelijk agressievere reclamecampagnes moet voeren om het hoofd boven water te houden. Dit heeft geleid tot Kamervragen van onder andere de SGP en ChristenUnie, die zich zorgen maken over de ethische kant van dergelijke campagnes.Daarnaast maken de vakbonden De Unie en FNV zich zorgen over de werknemers van Holland Casino. Als de belastingverhoging doorgaat, vrezen zij voor banenverlies.