Kansspelbedrijven naar de rechter: strijd om de gokregels

Verschillende kansspelbedrijven in België zijn niet blij met de nieuwe gokwet en stappen daarom naar het Grondwettelijk Hof. Ze vinden dat de wet te streng is en hun zaken beperkt. De wet, die bedoeld is om spelers beter te beschermen, zorgt vooral voor veel frustratie bij de gokbedrijven. Het draait om reclamebeperkingen, leeftijdsgrenzen en andere strikte regels die volgens hen veel te ver gaan.

Wat is er precies veranderd met de nieuwe gokwet?

Sinds 1 september 2024 is er een nieuwe wet van kracht, de zogenoemde wet-Van Hecke. De wet is vernoemd naar het Groen-Kamerlid Stefaan Van Hecke, die deze maatregelen heeft voorgesteld. Het idee achter de wet is simpel: spelers beschermen. Maar de manier waarop dit gebeurt, raakt de gokbedrijven hard. Zo is er nu een bijna totaalverbod op gokreclames. Ook mogen gokbedrijven niet langer weddenschappen en casinospellen op dezelfde website aanbieden, wat voorheen wel kon.

Daarnaast heeft de wet de minimumleeftijd voor alle vormen van kansspelen verhoogd naar 21 jaar. Dit betekent dat jonge gokkers onder de 21 niet meer mogen meedoen, behalve bij de Nationale Loterij. Voor veel bedrijven is deze leeftijdsverhoging een grote uitdaging, omdat ze een deel van hun publiek kwijtraken.

Waarom zijn de gokbedrijven ontstemd?

De nieuwe regels zijn voor veel kansspelbedrijven een zware klap. Ze moeten ineens stoppen met reclame maken, en het combineren van verschillende gokvormen op één platform mag niet meer. Dit zorgt voor minder inkomsten, en daar zijn ze natuurlijk niet blij mee.

Emmanuel Mewissen, CEO van de Ardent-groep, is één van de mensen die zich tegen de nieuwe wet uitspreekt. Vooral het feit dat de Nationale Loterij wel veel vrijheid behoudt, frustreert hem.

“We vinden dat de beperkingen veel te ver gaan en onze rechten schenden. Waarom worden wij aangepakt, terwijl de Loterij gewoon door mag gaan?”

Emmanuel Mewissen, CEO van de Ardent-groep

Gokbedrijven hebben nu zes verschillende klachten ingediend bij het Grondwettelijk Hof. Ze willen dat delen van de wet worden teruggedraaid, omdat ze vinden dat hun rechten worden aangetast en dat de wet hen oneerlijk behandelt.

“Ze zijn bang om geld te verliezen”

Volgens Stefaan Van Hecke, de man achter de wet, draait het voor de gokbedrijven vooral om geld. Hij gelooft dat de gokbedrijven zich meer zorgen maken over hun inkomsten dan over de bescherming van de spelers. 

“Telkens als er nieuwe regels komen die hun business raken, stappen ze naar de rechter. Ze zijn bang dat ze veel geld gaan verliezen door de nieuwe regels. Maar we moeten de belangen van de speler vooropstellen, niet die van de bedrijven.”

Van Hecke benadrukt dat de wet er niet alleen is om de goksector te beperken, maar vooral om kwetsbare spelers te beschermen. Vooral jongeren zouden volgens hem minder in de verleiding moeten komen om te gaan gokken. 

“Dit is geen aanval op de bedrijven, maar een manier om mensen te beschermen.”

Wat betekent dit voor de toekomst?

De zaak ligt nu bij het Grondwettelijk Hof, en het kan even duren voordat er een beslissing komt. Als het Hof de klachten van de bedrijven gegrond verklaart, kan het betekenen dat bepaalde delen van de wet moeten worden aangepast of zelfs geschrapt. Dit kan grote gevolgen hebben voor hoe de gokmarkt in België eruitziet.

Ondertussen blijft de Kansspelcommissie de naleving van de nieuwe regels in de gaten houden. Ze willen ervoor zorgen dat de wet op de juiste manier wordt uitgevoerd, zodat spelers beter beschermd zijn tegen gokverslaving en andere risico’s.