Virtual Betting met F1+-licentie verboden: Verduidelijking
In een belangrijke beslissing van 7 oktober 2024 heeft de Raad van State de aanbieders van kansspelen met een F1+-licentie verboden om virtuele weddenschappen aan te bieden op Belgisch grondgebied. Hier vind je de toelichting op dit besluit.
In een arrest van de Raad van State van 7 oktober 2024 (met nr. 260.939) wordt uitspraak gedaan over de in diverse procedures opgeworpen vraag of virtual betting (i.e. weddenschappen op gebeurtenissen die zich niet in de reële wereld voordoen) toegelaten is onder de bepalingen van de Kansspelwet. Deze vraag (onder andere) werd beantwoord als gevolg van een (zoveelste) beroep tot nietigverklaring ingesteld door Rocoluc, Fremoluc en een natuurlijke persoon, in dit geval tegen de beslissing van de Kansspelcommissie om een vergunning F1+ toe te kennen aan Tierce Ladbrokes waarbij toelating wordt gegeven om online weddenschappen aan te bieden.
Standpunt van de verzoekende partij
De verzoekende partijen in deze procedure hadden opgeworpen dat de bestreden beslissing (nl. om de F1+ vergunning toe te kennen) toelaat aan de vergunninghouder om virtuele weddenschappen aan te bieden, hoewel de verzoekende partijen menen dat dit “automatische” spelen zijn die volgens hen enkel kunnen worden uitgebaat door een B, B+ of F2 vergunninghouder. Zij stelden dat de Kansspelcommissie impliciet, maar met zekerheid, een dergelijke toelating tot virtuele weddenschappen had verleend.
De Kansspelcommissie verdedigt zich
De Kansspelcommissie, zijnde de verwerende partij, had onder meer opgeworpen dat de parlementaire voorbereiding van de Wet van 7 mei 2019 uitdrukkelijk voorziet dat de Kansspelcommissie kan optreden tegen bepaalde (weddenschaps)evenementen die fraudegevoelig zouden kunnen zijn. Zij stelde dat uit de wetteksten, en de voorbereiding ervan, duidelijk bleek dat haar bevoegdheid om op te treden alle mogelijke soorten van weddenschappen betreft, zonder enige beperking (dus ook niet voor weddenschappen op virtuele evenementen).
Virtual Betting in strijd met de kansspelwet bevonden
Bij haar beoordeling stelt de Raad van State in eerste instantie vast dat de documenten bij de vergunningsaanvraag (en in het bijzonder het spelreglement van toepassing op de virtual betting) expliciet verwezen naar het aanbieden van weddenschappen op virtuele gebeurtenissen, waardoor zij lijkt te bevestigen dat de Kansspelcommissie inderdaad minstens impliciet toelating had gegeven dit soort weddenschappen aan te bieden.
De Raad stelt verder dat de vergunninghouder (F1 / F1+) weddenschappen mag inrichten die voldoen aan de definitie daaraan gegeven in (artikel 2 van) de Kansspelwet. Welnu, de Kansspelwet verwijst in de definitie van een weddenschap naar “de verwezenlijking van een onzekere gebeurtenis die zich voordoet zonder tussenkomst van de spelers”. De Raad volgt een eerder arrest (arrest van 19 september 2019, nr. 245.497) om te stellen dat deze onzekere gebeurtenis een “reële gebeurtenis” moet zijn. Virtuele weddenschappen, waarbij de uitkomst niet afhankelijk is van een reële gebeurtenis, vallen daarbuiten. Hoewel er een uitzondering bestaat voor automatische kansspelen in fysieke wedkantoren (klasse IV), geldt deze uitzondering volgens de Raad niet voor online weddenschappen.
De Raad van State besluit dan ook dat de bestreden beslissing van de Kansspelcommissie, door de vergunninghouder toe te laten weddenschappen aan te bieden op gebeurtenissen die niet reëel zijn, in strijd is met diverse bepalingen van de Kansspelwet.