Casino van Berck: de gerechtelijke strijd intensiveert
In Berck, een emblematische badplaats aan de Opaalkust, is het casino niet langer enkel een plek van ontspanning: het is uitgegroeid tot het middelpunt van een complex juridisch steekspel, waarin patrimoniale belangen, economische inzet en tegenstrijdige gerechtelijke beslissingen samenkomen.
Een oud conflict rond een strategisch gebouw
Het geschil tussen de gemeente Berck en de groep Partouche is niet nieuw. Al jaren baat de casinogroep het etablissement uit, een belangrijke speler in het lokale animatie-aanbod en de toeristische aantrekkingskracht. Maar achter de gokautomaten en speeltafels drong zich geleidelijk een juridische vraag op: wie is eigenaar van het gebouw?
Het gemeentebestuur is van mening dat het casino na afloop van de delegatie van openbare dienstverlening opnieuw deel moet uitmaken van het gemeentelijk patrimonium. De groep Partouche verdedigt daarentegen het standpunt dat zij eigenaar blijft van de muren. Deze lange tijd latente divergentie kristalliseerde zich toen het einde van de uitbating door Partouche een zekerheid werd.
De Raad van State treedt op het toneel
Afgelopen zomer heeft de Raad van State, de hoogste Franse administratieve rechtsinstantie, een eerste beslissende verduidelijking gebracht. In een arrest van juli oordeelde hij dat het casinogebouw vanaf 1 januari 2026 opnieuw tot het patrimonium van de stad Berck moet behoren.
Die beslissing heeft het geschil echter niet definitief beslecht. De Raad van State herinnerde aan een fundamenteel principe: de vraag naar eigendom behoort tot de bevoegdheid van de burgerlijke rechter en niet van de administratieve rechter. Met andere woorden: hoewel de timing vast leek te liggen, bleef de juridische strijd volledig open.
Geconfronteerd met het vooruitzicht van een eigendomsoverdracht ten gunste van de gemeente, besloot de groep Partouche snel te handelen. Eind november stapte zij naar de kortgedingrechter, een magistraat die bevoegd is om in spoedeisende situaties uitspraak te doen.
Het doel was duidelijk: verhinderen dat de stad Berck onomkeerbare handelingen zou stellen. In haar verzoekschrift vroeg de casinogroep de gemeente te verbieden om notariële akten te ondertekenen, te laten ondertekenen, te ontvangen, aan te vragen of te publiceren die een eigendomsoverdracht zouden kunnen veroorzaken. Ruimer gevraagd werd ook om bescherming tegen elke handeling die het eigendomsrecht dat zij op het gebouw claimt, zou kunnen aantasten.
Een kortgedingbeschikking met beperkte gevolgen
De beslissing viel donderdag. De kortgedingrechter gaf de groep Partouche gedeeltelijk gelijk. Concreet beval hij de opschorting van elke notariële akte die tot doel heeft de eigendom van het gebouw over te dragen, en dit tot een burgerlijke rechter zich ten gronde over de zaak heeft uitgesproken.
Deze beslissing kan als een overwinning voor Partouche worden gezien. Maar ze sluit het dossier geenszins af. De rechter heeft geen datum vastgelegd voor de komende zitting, wat onzekerheid laat bestaan over de duur van deze opschorting.
Belangrijker nog: de beschikking bevat een wezenlijke nuance. Ze verbiedt de gemeente Berck niet om andere stappen te blijven zetten om het casino opnieuw in haar patrimonium op te nemen, voor zover die passen binnen het kader van het arrest van de Raad van State.
Daarin schuilt het evenwicht van deze nieuwe beslissing. Terwijl notariële akten zijn bevroren, behoudt de stad de mogelijkheid om op andere vlakken te handelen. Zo kan de gemeente zich blijven voorbereiden op de toekomst van het casino, in overeenstemming met de hoogste administratieve beslissing.
Voor Berck staat er veel op het spel. Het gaat erom de overgang naar een nieuwe uitbating veilig te stellen, terwijl een juridische misstap wordt vermeden die haar positie zou kunnen verzwakken.
De geplande komst van een nieuwe uitbater
De toekomst van het casino ligt al deels vast. Vanaf 1 januari 2026 moet de uitbating worden toevertrouwd aan de Belgische groep Infiniti Casino, aangeduid in het kader van een contract voor delegatie van openbare dienstverlening.
Dit punt staat centraal in de communicatie van de stad. Na de beslissing van de kortgedingrechter benadrukt het gemeentebestuur dat het vertrouwen behoudt in de afloop van het dossier en onderstreept het dat de beschikking van de burgerlijke rechter geen enkele impact heeft op het contract van delegatie van openbare dienstverlening.
Volgens de gemeente voorziet dit contract uitdrukkelijk in de overname van het volledige personeel en in de continuïteit van de openbare dienstverlening. Een boodschap die zowel de werknemers, de economische partners als de inwoners moet geruststellen.
Het dossier van het casino van Berck toont aan dat antwoorden zelden eenvoudig zijn. Opeenvolgende gerechtelijke beslissingen tekenen een kader uit, maar laten ook grijze zones bestaan die enkel door een uitspraak ten gronde kunnen worden opgehelderd.

