De EGBA roept op tot eenheid over de zorgplicht op 25 september

Online kansspelen kennen een enorme groei in Europa, maar daarmee nemen ook de risico’s op problematisch speelgedrag toe. Voor het eerst staat de Europese Unie op het punt een gemeenschappelijke norm goed te keuren om gokverslaving beter te detecteren en te voorkomen. Achter dit initiatief, gedragen door de EGBA, staat de toekomst van verantwoord spelen op het spel.

Een Europese norm om preventie te uniformeren

De Europese Unie bereidt zich voor op een belangrijke stap in de regulering van online kansspelen. Op 25 september 2025 zullen de vertegenwoordigers van de nationale normalisatie-instituten stemmen over de goedkeuring van een gemeenschappelijke standaard om waarschuwingssignalen van problematisch speelgedrag te identificeren.

Deze norm werd begin dit jaar opgesteld door het Europees Comité voor Normalisatie (CEN). Ze biedt een reeks richtlijnen die kansspeloperatoren zullen moeten volgen om signalen van afhankelijkheid of verhoogd risico efficiënter te detecteren bij hun gebruikers.

Het doel is duidelijk: de praktijken op Europees niveau harmoniseren om eenzelfde beschermingsniveau te garanderen voor alle spelers, ongeacht hun woonland.

Een initiatief gedragen door de EGBA

De European Gaming and Betting Association (EGBA), gevestigd in Brussel, stond al sinds 2022 aan de oorsprong van dit project. De organisatie stelde vast dat de regels binnen de EU sterk uiteenlopen en pleitte voor een gezamenlijke aanpak.

“Deze stemming is een belangrijke stap voor de veiligheid van kansspelen in Europa,” verklaarde Maarten Haijer, secretaris-generaal van de EGBA.

Volgens hem zal de invoering van gedeelde indicatoren zorgen voor een beter inzicht in risicogedrag en de samenwerking tussen toezichthouders en operatoren versterken.

Het project geniet al de steun van het Gambling Regulators European Forum (GREF), een netwerk dat de nationale kansspeltoezichthouders in Europa verenigt.

Waarom is zo’n norm nodig?

In verschillende lidstaten blijft de regelgeving rond de zorgplicht beperkt of zelfs onbestaand. Deze ongelijkheid leidt tot uiteenlopende praktijken en verzwakt de preventieve inspanningen.

De door het CEN voorgestelde norm legt concrete criteria vast: abnormale speelduur en -frequentie, plotselinge verhoging van inzetten, dwangmatig op zoek gaan naar bonussen of herhaalde pogingen om de rekening bij te vullen. Het zijn allemaal gedragingen die operatoren systematisch zullen moeten leren detecteren. Door deze criteria te uniformiseren hoopt Europa een gemeenschappelijke beschermingsbasis te creëren.

Een beslissing die geschiedenis zal schrijven

Sinds augustus 2025 worden de nationale normalisatie-instituten, leden van het CEN, gevraagd om te stemmen. De deadline nadert en de EGBA vermenigvuldigt haar oproepen tot steun.

Indien de norm wordt goedgekeurd, staat de officiële publicatie door het CEN gepland voor begin 2026. Elk land behoudt de vrijheid om te beslissen of het deze richtlijnen al dan niet in zijn nationale regelgeving wil opnemen. Maar het bestaan van een referentietekst zou veel staten ertoe moeten aanzetten zich eraan te spiegelen.

Op weg naar een veiliger Europa voor spelers?

Naast de technische aspecten symboliseert deze stemming een politieke wil: die om online kansspelen niet enkel als een markt te beschouwen, maar ook als een collectieve verantwoordelijkheid.

De actoren van de sector, of het nu toezichthouders, operatoren of consumentenorganisaties zijn, staan nu voor een keuze. Kiezen ze voor harmonisatie en preventie, of behouden ze een gefragmenteerd systeem met uiteenlopende regels van land tot land?

Voor Maarten Haijer is het antwoord duidelijk:

“Dit initiatief, voorgesteld door de EGBA, illustreert perfect het soort samenwerking dat we nodig hebben: belanghebbenden samenbrengen zodat ze hun kennis en ervaring delen met het oog op het creëren van iets in het algemeen belang. We roepen de nationale afgevaardigden op om deze belangrijke norm goed te keuren, die zal bijdragen tot een beter begrip van problematisch speelgedrag en een effectievere preventie van schade in heel Europa bevorderen.”